Voor mijn verjaardag kreeg ik het boekje ‘Ode aan Joy Division’ van Marc Schoorl. De vriendin in kwestie dacht dat ik Joy Division leuk vond.
Daar had ze meer dan gelijk in, al is leuk niet het goede woord.
De eerste nummers van Joy Division op mijn mp3-speler waren ‘Transmission’ (op Limewire: ‘Dance to the Radio’) en ‘Love Will Tear us Apart’. Ik was toen 16 of 17, op de radio was een nieuwe golf britpop te horen. Hey there Delilah. Clocks.
Ik was op bezoek in een kleine, donkere woning, waar twee vrienden mij in een stoel zetten en mij in aanraking brachten met de Factory Records-catalogus. En met dat hele verhaal in het achterhoofd – die twee nummers waren onderdeel van iets groters – ging ik meer en meer uit Manchester jaren ’70 en ’80 luisteren. Het heeft me niet meer losgelaten.
Er zat iets diepers in die muziek, een gelaagdheid die destijds niet op de radio te horen was. A fury that burns from inside. En ik kon mij daar als puber, met al die geselende mentale worstelingen natuurlijk perfect toe verhouden.
Het duurde even voor ik het verband tussen Joy Division en New Order legde. Maar toen ik dat begreep was het hek van de dam. En ik denk dat ik meer dagen wel dan niet ‘Ceremony’ heb gedraaid.
Het boek ‘Ode aan Joy Division’ is het eerste Nederlandstalige boek over Joy Division, geschreven door Marc Schoorl. Het korte boekje vertelt het verhaal van Joy Division, voornamelijk van Ian Curtis, aan de hand van beschikbare literatuur. De band uit Manchester, die maar een paar jaar heeft bestaan, wordt vanuit verschillende invalshoeken belicht.
Schoorl doet dat goed. Hij laat bandleden aan het woord (geparafraseerd vanuit hun boeken) en heeft een nuchtere kijk op de vele facetten van de persoon Curtis. Meer dan een epileptische, zwaarmoedige frontman was het een getroebleerde en ongelukkige fantast.
De teksten van de songs op de paar verschenen albums en singles zijn zo persoonlijk dat het lezen ervan bijna voyeuristisch is. Naast de brutale artistieke metaforen over eindigheid, leegte en de verschrikkingen van de mensheid komt de onmacht en de eindeloze onrust van een individu in de teksten sterk naar voren.
Veel mensen kunnen zich op een of andere manier verhouden tot Joy Division. Vanwege de teksten, de kunstige tijdloze muziek, vanwege het imago of vanwege het mysterie.
Ik ben er ook geweest. In de muziek. Maar ook in Manchester en Macclesfield. Ik zag de brug, de locatie van de iconische foto van Kevin Cummins, het laatste huis van Curtis en zijn grafsteen.
Het lijkt wel pathetisch, zo veel naar één band te luisteren. Maar ik ben niet de enige, zo blijkt trouwens ook uit dit boekje.
Er werd iets groots verricht in die smerige Noord-Engelse stad. Velen zullen die paar platen saai vinden, of lelijk, of te koketterend, maar er zit een betovering waar zelfs dit zoveelste boekje geen vinger op weet te leggen.
‘Ode aan Joy Division’ is vlot geschreven. Het neemt af en toe iets te veel zijwegen en het is jammer dat het een grondige eindredactie mist (wat zet- en taalfouten). Maar het is onmisbaar op de boekenplank van elke Factory Records-fan.
En ik draai nog maar een keer Ceremony. Een van de laatste nummers van Joy Division, de eerste single van New Order.
Geef een reactie