Eigenlijk kom ik alleen in dit winkelcentrum als ik met de auto ben. Na werk bijvoorbeeld, of als ik op zaterdag ‘grote boodschappen’ wil doen.
Albert geeft het winkelcentrum vier sterren: ‘Prima schoon centrum van wat vrijwel alles heeft. Bakker, slager, meerdere soorten supermarkten, wat mode zaken en retail winkels. Voldoende parkeergelegenheid voor zowel auto als fiets.’
Winkelcentrum Aa-landen ligt buiten het centrum, in de wijk Aa-landen, vernoemd naar de Westerveldse Aa, een water dat uitmondt in de Wijde Aa.
De schrijfwijze van het winkelcentrum wisselt sterk: soms wordt het geschreven als Winkelcentrum AA-Landen, dan als Winkelcentrum Aa-Landen, Winkelcentrum AA-landen of Winkelcentrum Aa-landen. Andere mogelijke combinaties ontstaan door het weglaten van het verbindingsstreepje. Ik denk dat de juiste schrijfwijze ‘Winkelcentrum Aa-landen’ is. Hoe dan ook: een naam die tot de verbeelding spreekt.
Wat ook tot de verbeelding spreekt is de aankleding. Decoratie in winkelcentra is meestal goed. Het geeft de winkelende mens een gevoel van thuiskomen, van volkomen-zijn.
Deze zomer had het winkelcentrum een nautisch thema. Ik hoefde alleen maar naar de Albert Heijn (na de ingang eerste winkel aan de rechterhand), maar in mijn hoofd werd ik direct meegevoerd naar verre, tropische oorden.
Het schuim van de golven. De baard van de kapitein. De oorbellen van de matrozen. Zeemonsters. Het zoute water dat over het dek slaat. Je positie bepalen met behulp van een sextant. Scheurbuik. Piet Hein (zijn daden benne groot). De ronding van de Kaap. Slavenhandel. Overstag-gaan.
Kielhalen. Schipper houd je roer recht. Gooi de trossen los. We maken water. Meisje ik ben een zeeman. Boegspriet. Grootschoot. Ankerlier. Man overboord. West-zuid-west van Ameland. Zeemeerminnen met drie borsten. Pieter Stuyvesant (zowel de sigaretten als de historische figuur). De vrouwen op de kade. Olielampen. Serenades.
Paalsteek. Zeevarende natie. Schepen uit Genua brachten de pest naar Europa. Eendracht Maakt Kracht (EMK). Hoeren voor de ramen. Afsluitdijk. Bij nacht en ontij. Daar was laatst een meisje loos.
Ik vraag me af wie zorg draagt voor de aankleding. Is dat de winkeliersvereniging? Een groep vrijwilligers uit de wijk? Hoe lang wordt erover vergaderd? Is er een kalender? Heeft het nautische thema een link met Zwolle? Is het een verwijzing naar de Hanze?
Met zeebenen en al deze vragen liep ik door de grootgrutter, om uiteindelijk, als willoze slaaf van de vrijemarkteconomie, een portie kibbeling te halen bij vishandel Theo Muys (ook vier sterren).
Geef een reactie